
Voor Conny Sprinkhuizen spelen honden een belangrijke rol in haar leven en haar schilderwerk.
Conny: ‘ Ik heb altijd honden gehad, van jongs af aan.
De eerste hond was een zwart poedeltje die heel origineel Blacky heette. Toen kwam Judy, een Collie, en daarna heb ik alleen nog maar Border Collies gehad. Het leuke van Borders vind ik dat ze zo razend intelligent zijn en altijd willen leren.
Met een Border Collie moet ik hard werken, lang lopen en veel spelen, maar dat vind ik nu juist zo inspirerend aan ze. Het maakt mijn hoofd leeg voor mijn andere zaken.






Schapendrijven en speuren
Zo doe ik een keer in de week professionele hondentraining met ze bij mijn dierenarts in Irmenach
(aan de Moezel), en heb ik in mijn tuin ook trainingstoestellen zoals een tunnel, de slalom en springstokken. Ik wil ook nog een wip maken, want vooral Romy, mijn jongste Border, vind dat hartstikke leuk. Lucy, mijn andere hond vind alles geweldig en is reuze fanatiek. Zo mooi om die verschillende karakters aan het werk te zien. En laat ik Dribbel niet vergeten die minstens zo enthousiast was als Lucy en misschien zelfs nog beter dan mijn eigen Borders, terwijl hij nooit meegedaan heeft aan de trainingen in Irmenach.
Sinds kort doe ik ook aan speuren met de honden. Dat is echt gaaf en dit vindt vooral Romy geweldig. Schapendrijven, waar Borders om bekend staan, is weer meer iets voor Lucy.
Al met al zijn mijn Borders een behoorlijke tijdsinvestering maar ik krijg er ook zoveel voor terug: onvoorwaardelijke liefde, trouw, lol. Nu denk je misschien ‘braak, teiltje’, maar het is echt zo!’

Waar het hart van vol is
Waar het hart van vol is loopt de mond van over. Dat is bij Conny zeker het geval maar bij haar blijft het niet bij woorden, je ziet die liefde ook terug in haar schilderwerk.
‘Honden komen als vanzelf om de hoek kijken. Het is niet zo dat ik denk ” nu ga ik eens een hond schilderen”, absoluut niet. Ze horen er gewoon bij en het gekke is dat ze het ‘verhaal’ waar ik dan mee bezig ben kloppend maken.
Zo zie je bijvoorbeeld Nina, bijna 16 jaar lang mijn dierbare maatje, tussen de benen van het paard van gravin Loretta von Sponheim huppelen. Nina was een clowntje, haar gezichtje stond altijd op lachen. Ik werd altijd vrolijk van haar. Ze loopt niet voor niets tussen de klaprozen, weg van de ellende naar en tussen het groen. Rechts het beeld uit is ook rijrichting van gravin Loretta die na een zware periode nu haar winst kan vieren op een eigen kasteel in het prachtige Nahedal.’


Een gijzeling aan de moezel
‘Het maffe is dat ik met Dribbel, 14 jaar lang het beste maatje van Annemieke – mijn co-auteur – en onlangs overleden, nu hetzelfde lijk te doen. Veel kan ik daar nog niet over zeggen, omdat het nog een schilderij in wording is maar ook hij staat in dit ‘verhaal’ voor trouw, hoop, eerlijkheid, in die zin dat je altijd wist wat je aan hem had, en voor vrolijkheid’.
